appraise
|
taxeren, schatten
|
assess
|
beoordelen, taxeren, aanslaan
|
assessment
|
(belasting)aanslag
|
estimation
|
schatting
|
estimate
|
begroting, raming van kosten
|
evaluation
|
waardebepaling, raming, schatting, taxatie
|
judgement
|
oordeel
|
tax
|
belasten, veel vergen van
|
tax assessor
|
inspecteur van belastingen
|
tax return
|
belastingaangifteformulier
|
value
|
waarderen, taxeren
|
The damage was assessed at…
|
De schade werd vastgesteld op…
|
The goods were valued at three million dollars.
|
De goederen werden getaxeerd op drie miljoen dollar.
|
I value your opinion.
|
Ik waardeer uw mening.
|
He assessed the situation at a glance.
|
Hij beoordeelde de situatie in een oogopslag.
|
The Inland Revenue has a new system for processing the income tax returns.
|
De belastingdienst heeft een nieuw systeem voor het verwerken van de belastingaangifteformulieren.
|
Loss assessment
|
schadebegroting, schadevaststelling, schadebereking
|
A tax assessment
|
een belastingaanslag
|
Damage assessment (insurance)
|
schadebepaling (verzekeringen)
|
The appraisal interview takes place tomorrow.
|
Het beoordelingsgesprek heeft morgen plaats.
|
He has poor judgement.
|
Hij heeft een slecht beoordelingsvermogen.
|
Candidates must write a short self-evaluation, listing their strengths and weaknesses.
|
De kandidaten moeten een korte beoordeling van eigen goede en mindere kwaliteiten schrijven.
|
In my estimation…
|
Volgens mij… / Mijn (in)schatting is...
|
The financial department requires an estimate for this project.
|
De afdeling financiën heeft een schatting voor dit project nodig.
|