off
hulp op maat nodig? >>kijk hier
off | vrij, bedorven, afgelast, etc. |
- Next Wednesday's meeting is off.
- I got 10% off the price.
- A hands off / hands on approach to management.
- I got this information off John.
- What would you like me to bring you back from the off-licence?
Zoals u uit bovenstaande voorbeelden kunt opmaken heeft off veel betekenissen. Hieronder hebben we er enkele voor u op een rijtje gezet:
-
off = af
She took the corkscrew off the child.
Ze pakte het kind de kurketrekker af. -
off = afgesloten
Gas and electricity were off.
Gas en electriciteit waren afgesloten. -
off = klein
I went there on the off-chance.
Zolang ik nog een kansje maak, blijf ik het proberen -
off = laag
Off peak betekent buiten de spits, tijdens daluren.
We like to go on holiday in the off season. -
off = ondermaats
We were disappointed with his performance. He must have had an off night.
We vonden z’n optreden teleurstellend. Hij had z’n avond zeker niet. -
off = uitverkocht (horeca-speak)
I’m sorry, but the veal is off.
Het kalfsvlees is uitverkocht.N.B. Voor de Amerikaanse luisteraar betekent dit: Het kalfsvlees is bedorven.
-
off = van de baan
The merger between the publishing houses is off.
De fusie tussen de uitgeverijen is van de baan. -
off = vrij
I can’t make it next Friday, that’s my day off.
Volgende week vrijdag kan ik niet, dat is m’n vrije dag. -
off = zuur, bedorven
I’m afraid the milk is / ( has gone) off.
De melk is helaas bedorven.
Nog enkele voorbeelden:
- To bounce ideas off each other
- Off duty
- It is off Grafton Street.
- Way off target
- Off the point
- He is off form