go straight in
bijwoorden en bijvoeglijke naamwoorden : speciale gevallen
hulp op maat nodig? >>kijk hier
Bijwoorden kunnen zich anders gedragen dan verwacht. Een aantal bijwoorden neemt bijvoorbeeld een geheel andere vorm aan dan het bijbehorende bijvoeglijk naamwoord. Hiervan kent u allemaal het voorbeeld good - well. Dergelijke bijwoorden zijn zeldzaam. Ze houden zich niet aan de regel ‘bijwoord = bijvoeglijk naamwoord + -ly’.
Daarnaast bestaan er werkwoorden die losjes een categorie vormen omdat ze allemaal iets met (sensorische / tactiele) waarneming te maken hebben. Deze werkwoorden zorgen ervoor dat bijbehorende bijwoorden zich als bijvoeglijk naamwoord gaan gedragen. Zie bijvoorbeeld: The suggestion seems pointless, The situation looks hopeless, of I felt dreadful during my pregnancies. De bijwoorden pointless, hopeless en dreadful gedragen zich hier als bijvoeglijk naamwoord. Met andere woorden: hier wordt geen -ly aan de bijvoeglijk naamwoorden toegevoegd.
Er zijn ook omstandigheden waaronder bijwoorden zich als bijvoeglijke naamwoorden gedragen, die minder specifiek met het gebruikte werkwoord te maken hebben. Zie bijvoorbeeld: He threw the ball high into the air. Hier wordt een bijvoeglijk naamwoord (high) gebruikt. Dat komt omdat dit ‘hoog’ verwijst naar de staat waarin de bal zich in de lucht bevindt, en niet naar de wijze waarop de bal wordt geworpen. Een en ander geldt ook voor het verschil tussen to dive deep into the sea en to investigate a question deeply.
Soms zult u een zin tot een bijvoeglijk-naamwoordconstructie moeten ombouwen, omdat een bijwoordconstructie een bijwoord vereist en er geen fatsoenlijk bijwoord van het bijvoeglijk naamwoord te maken valt. Met andere woorden: u vertaalt een vriendelijke groet met a friendly greeting, maar u vertaalt Hij groette me vriendelijk niet met *He greeted me friendlily, want dat woord kan echt niet. *He greeted me friendly kan ook niet, want het werkwoord to greet vraag wel degelijk om een bijwoord. Dat weet u als u naar een zin als He eyed me suspiciously kijkt. U komt dus uit op een constructie als: He greeted me in a friendly manner.
Nadere uitleg en meer voorbeelden vindt u hieronder.
-
good - well
het bijwoord heeft een compleet andere vormTot deze categorie behoren eigenlijk slechts twee woorden: good vs well en whole vs wholly.
Candidates must speak good English
Candidates must speak English well.The whole package of proposals is unacceptable.
The package of proposals is wholly unacceptable.N.B. Soms kan de keuze tussen bijvoeglijk naamwoord good of het bijwoord well berusten op een verschil in betekenis:
He looks good
Hij ziet er goed (= aantrekkelijk) uit.He looks well
Hij ziet er goed (= gezond) uit. -
better - better, weekly - weekly
bijwoord heeft dezelfde vorm als bijvoeglijk naamwoordHet kan ook voorkomen dat een bijwoord dezelfde vorm heeft als het bijvoeglijk naamwoord. Dit is onder andere het geval bij woorden in de vergelijkende trap, zoals groter, beter, verderen de overtreffende trap, zoals grootst, meest, snelst, enz.
He has a better job than Paul. (bijvoeglijk naamwoord) Bob plays tennis better than William. (bijwoord) Anne has a faster car than Bill. (bijvoeglijk naamwoord) Anne drives faster than Bill. (bijwoord) En bij woorden als:
A weekly magazine (bijvoeglijk naamwoord) I visit my mother weekly (bijwoord) The daily mail. (bijvoeglijk naamwoord) The milkman comes here daily. (bijwoord) -
she looks beautiful - she sings beautifully
bijwoorden en zintuiglijke waarnemingNa sommige werkwoorden die betrekking hebben op een zintuiglijke waarneming krijgt het bijwoord dezelfde vorm als het bijvoeglijk naamwoord.
That sounds nice.
She looks beautiful.
This room smells terrible.
The milk tastes sour.
The suggestion seems pointless.
I feel awful.N.B. Bij werkwoorden als to see, to hear, to watch is dit niet het geval.
We can clearly see the difference.
I distinctly heard what you said.
Watch the screen carefully. -
friendly - in a friendly manner
bijwoorden die u moet omschrijvenAls een bijvoeglijk naamwoord al op -ly- eindigt, moet er een uitgebreidere omschrijving worden gebruikt.
She had acted in a silly way.
They answered in a friendly manner.
Meer voorbeelden:
Buy low, sell high.
Pile them high, sell them cheap.
Her sister likes long dresses.
Have you been waiting long?
A straight line.
Go straight in.
An early visitor came to see us.
He went home early.
A hard task.
They work hard.
A late cancellation.
He arrived late.